Vol enthousiasme komt hij de hoek om in zijn blitse Volvo P1800. Een brede glimlach en een stoere zonnebril geven hem al snel een James Bond look. Hij is op weg naar een missie, op deze lenteachtige, mistige ochtend op 10 april. IJsselmuiden is nog in staat van ontwaking.
In huis is Januska druk bezig met de laatste make-up, het aantrekken van de jurk en het laatste stylen van het haar. Ze beseft zich dat ze wel een beetje op moet schieten, want hij komt al bijna. In de verte hoort ze dan al het geluid van een brullende motor. Het geluid nadert snel, dat moet hem zijn.
Wilhelm heeft er zoveel zin in en stapt vol enthousiasme zijn auto uit om richting het huis van Januska te wandelen. In een marineblauw pak, glimmende blauwe schoenen en met zijn Bond uitstraling wordt de eerste toon van wat een schitterende dag snel gezet.
De bel gaat. Wilhelm voorop, op de achtergrond een rij met familie. Met een lichte spanning wacht hij af tot de deur voor hem opengaat. Nog niemand. Hij probeert even te spieken door het raam of hij een glimp kan opvangen van zijn Januska. Er valt niets te zien. Voorzichtig drukt hij nog eens op de bel en begint te lachen. Januska is er helemaal nog niet klaar voor.
Wilhelm besluit nog maar even een momentje te pakken. Hij begroet wat familie, loopt een rondje om zijn auto en kan ook voor de camera nog even schitteren. Terwijl hij twijfelt om nog een rondje te rijden, krijgt hij door dat ze er klaar voor is.
Hij wandelt, voor de tweede keer, richting het huis. Gespannen wacht zij binnen. De bel gaat. Ze zet stappen richting de deur en door het gordijn heen zien ze elkaar al staan. De vreugde van Januska en Wilhelm laat de mist uit IJsselmuiden verdrijven. Ook al was hij een tikkeltje vroeg of zij iets te laat, samen hebben ze de tijd van hun leven.